donderdag 15 april 2010

spontaneiteit gedachte n° 4

Ik geloof dat spontaneïteit ons thuis brengt.
Op wegen waar we willen zijn.
Gisteren komt Chelsea ( the Queen of Headshaking, het meisje dat boven de boekwinkel woont, zie eerder berichtje ! ) rond 15 u 's middags haastig naar me toe.
Ik lees een mix van paniek en vreugde in haar ogen.
'Joke!' zegt ze 'Mijn mama en ik zitten echt in de problemen! Alles loop verkeerd met haar kanker en haar chemokuren. Kan jij van dinsdag tot zaterdag bij ons blijven slapen en ons helpen?'
Ik kijk haar aan. Heb zin om haar vast te nemen.
Heel even is het stil.
'Je woont dan vlak boven het werk. Dat is heel dichtbij.'
Ik glimlach, vertederd.
Je moet weten, ik woon namelijk op 5 minuutjes fietsen van de winkel, dus haar argument is relatief ...
'Van dinsdag tot zaterdag?' herhaal ik zachtjes.
'ja' zegt zij.
'Ja' zeg ik.
'Echt?' vraagt ze me.
'natuurlijk' zeg ik haar. 'Graag.'
ik denk na.
Mijn gedachtes gaan heel snel.
Ik heb net 'ja' gezegd.
Oké ... kan ik in dit besluit mijn eigen ruimte vinden? Kan ik al mijn verantwoordelijkheden verder opnemen?
een kat? vraag ik me af. Neen, die heb ik niet. Een man in huis? Ook niet. Kinderen? neen.
Alleen mijn piano. Die kan ik niet zo lang missen. Mijn levengevend zuurstof!
'Het enige' zeg ik haar 'is mijn piano. Maar daar vinden we een oplossing voor. Ik kan bijvoorbeeld elke ochtend even naar mijn huis fietsen wanneer jij naar school gegaan bent en de winkel nog niet open is.'
Haar ogen lichten op.
'Maar wij hebben een piano boven!'
'Oh' zeg ik. 'perfect.'
'Kom met me mee naar boven!' zegt ze. 'Nu!'
'Chelsea, dat gaat niet'
'Waarom niet?'
'Ik zit alleen aan mijn balie. Er komen straks klanten naar me toe.'
Verlegen kijkt ze naar de grond.
'Straks' zeg ik 'om 18 u. Wanneer de winkel sluit, kom ik naar jou.'
'oké' zegt ze 'tot gauw.'
'tot gauw.'
En Chelsea, the Queen of Headshaking gaat naar haar mama.
*
's Avonds bel ik aan. Ik ga naast de zieke mama in de zetel zitten.
We bespreken de planning.
Ik vul de avonden in op haar kalender waarop ik wat gepland heb. Het zijn voornamelijk toneelvoorstellingen die ik wou gaan zien. Werk van mentaal gehandicapte kinderen. Ik vraag of Chelsea met me mee mag gaan.
Dat mag.
Ik krijg een gepassioneerde uitleg over de werking van de digitale televisie. Ik heb zelf een t.v. maar geen aansluiting, dus dit is nieuw voor mij.
We bespreken de boodschappen, ik geef aan dat ik graag vers wil koken voor Chelsea, zoals ik altijd ook voor mezelf doe. De vrouw vertelt me dat ze geld in een envelopje zal leggen, zegt me waar ze het zal leggen.
Ze beschrijft de stress die ze net gehad heeft. Een man die beloofd had Chelsea op te vangen, zegt op het laatste nippertje af, per sms.
'En dan' vertelt ze me met grote ogen 'Chelsea en ik waren in paniek. Chelsea zei : ik ben iedereen tot last! Ik spring uit het raam!' dacht ik aan jou' vertelt de vrouw.
'een ingeving!' zegt ze 'zomaar, spontaan. Ik weet niet waar het van kwam, maar ik wist dat jij en chelsea het goed kunnen vinden met elkaar, dus ik zei : Chelsea, waarom niet Joke? We kunnen het maar vragen! En' vertelt ze 'Chelsea's gezichtje klaarde gelijk helemaal op ... Zo spontaan' zei ze 'ik weet ook niet waar het vandaag komt.'
Wanneer ze me dit vertelt, en ik de vreugde in haar ogen zie, denk ik aan jouw filosofieën. Het ha! Ik zie voor mijn ogen gebeuren wat het ha! met een mens kan doen. Het zet continenten in beweging. Doet de aarde schuiven. Haalt de kracht in ons naar boven.
*
De vrouw begint te huilen.
'Tranen van opluchting' zegt ze. 'ik had nooit gedacht dat dit zou kunnen gebeuren.'
Ik glimlach.
We praten over de piano. Ik vraag hem welke klanken hij produceert.
'Warm' zegt zij.
Met haar handen speelt ze haar eigen spelen na.
Ik observeer de bewegingen die ze maakt.
Zij vertelt dat André Rieu ( ken je hem? ) er nog op gespeeld heeft.
Ik beslis om verder door te vragen. De muziek geeft haar leven, dat voel ik.
Ze vertelt me over haar klarinet, hoe dat voelde om die tussen haar lippen te houden, er op te blazen.
'Nu gaat het blazen moeilijk' zegt ze. 'met maar één long.'
'Maar misschien zijn de klanken nu dieper.' zeg ik haar. 'Omdat het verlangen nu zo sterk geworden is.'
'Ja' zegt ze me. 'ja ... dat klopt.'
haar stem klinkt ver, vol heimwee, als een warme lentewind die voor het eerst weer op het strand waait en ons er aan herinnert hoe fijn de zomer kan zijn.
Ik vertel haar over jouw werk. Ik beschrijf hoe leuk ik het vond om met jou te improviseren.
'Ik was net als een kind' zeg ik 'dat zijn plastic bandjes afwerpt en in het zwembad springt.'
Ik beschrijf haar hoe jij mijn trage noten volgde. Hoe je antwoordde op mijn stilte. Hoe er iemand uit het publiek ( ik weet niet wie ) moest lachen. Hoe ik jou stuurde, en ontving.
'Ja' zegt ze me 'improviseren is echt heerlijk.'
Ze beschrijft me een avond waarop ze geimproviseerd heeft, na een feestje, met haar pianoleerkracht. Haar ogen stralen, opnieuw.
Daarna laat ze mij de blaren op haar onderbenen zien. Haar benen worden zo heet van al die chemo ...

Het is een tijdje stil.
Realiteit die vraagt om zwijgen.
Ze opent daarna opnieuw ons gesprek, gaat verder in op haar piano, zegt me dat het zo duur is om hem te laten stemmen. Ik vertel dat ik bevriend ben met iemand die dat doet, en noem zijn richtprijs.
'oh' zegt ze 'dat valt best mee.'
*
Chelsea komt erbij zitten en opent de postkaartjes die ze voor haar verjaardag heeft gekregen.
Ik doe mijn jas aan, neem afscheid, laat jouw cd ( die in mijn discman zat ) bij haar achter.
'maar!' zeg ik er stelling bij 'ik wil hem wel morgen terug! want langer kan ik hem niet missen!'
'is goed' zegt ze.
Chelsea doet me uitgeleide.
Boven aan de traphal zegt ze me : ik kan niet wachten tot het dinsdag is.
'Twee kleuren' denk ik 'in één geheel. Haar mama gaat binnen voor de, zoveelste chemo, en Chelsea kan, deels natuurlijk slechts, niet wachten tot het zover is.
Veelkleurigheid, net als het leven zelf!
'We gaan ook eens zwemmen' zeg ik haar.
'Een subtropisch zwembad? Joepie!'
'neen' zeg ik haar
'Baantjes?' vraagt ze met een pruillip.
'Ja' zeg ik. 'zeker!'
*
Op weg naar huis denk ik aan hoe de vrouw mij haar spontane ingeving, 'ha!', beschreef, aan het vuur dat daarbij uit haar ogen sprak.
En de klanken van de niet gestemde piano waar ik heel even op gespeeld heb, zinderen in me na.
misschien leeft ze niet lang meer, misschien ook wel.
Misschien stemt ze haar piano, misschien ook niet.
Maar ...
maar ...
( geen andere woorden meer dan dat. )

Geen opmerkingen:

Een reactie posten